Kempenkracht. Hoe avansa en stuifzand elkaar optillen
dinsdag 14 mei 2024
Dossier: De Tandem
Regio Kempen kent krachtige spelers. Twee ervan zijn Avansa Kempen en het intergemeentelijk samenwerkingsverband cultuur (IGS), Stuifzand. De één handelt waardengedreven. De ander vanuit de blik die 7 gemeenten aanreiken. “We vinden elkaar als vanzelf.”
In gesprek met Kim Nevelsteen, deskundige bovenlokale cultuur (IGS Stuifzand), Jan Van Hout, adjunct-coördinator en collega sociaal-cultureel werker Viviane Schuer (Avansa Kempen).
Avansa Kempen heeft sinds jaar en dag sterke banden met lokale besturen. Vertel!
Jan: “Avansa heeft 20 jaar lang het netwerk van lokale cultuurambtenaren samengebracht op de Cultuurwerkersdag. Daar horen wij wat leeft en waar wij op kunnen inspelen. Lokale besturen zijn natuurlijke partners van Avansa Kempen. Wij doen heel veel samen. Projecten rond participatief werken bijvoorbeeld. Daarnaast hebben wij een vormingsaanbod waar lokale besturen uit putten.”En toen kwam Stuifzand erbij…
Kim: “Ons intergemeentelijk samenwerkingsverband is in 2011 ontstaan. Rond erfgoed en later onroerend erfgoed. Sinds het ‘Bovenlokaal cultuurdecreet’ (2019) is daar de brede cultuurwerking bij gekomen. Toen zijn we van naam veranderd, van k.ERF naar Stuifzand. We tellen nu 3 deelwerkingen: erfgoed, onroerend erfgoed en cultuur (waaronder bibliotheken). Voor de 3 aspecten is Avansa een hele logische samenwerkingspartner.”Hoe stemmen jullie af om complementair te zijn?
Kim: “De afstemming gebeurt organisch. We stellen elkaar gewoon een concrete vraag en tasten af: sporen we samen? Soms is dat niet zo omdat iets niet past binnen het beleidsplan. Even goede vrienden dan. Daarnaast zien we elkaar minstens 1 keer per jaar om mogelijkheden te overlopen. Als er een vraag binnen onze 7 gemeenten opduikt, is onze reflex altijd: wie kunnen we betrekken? Dan kijken we veelal snel richting Avansa.” Jan: “Wij kennen natuurlijk ook zelf de opdrachten van lokale besturen en IGS’en. Wij weten in welke domeinen zij actief zijn. Onze kracht is ons breed netwerk. Kempische spelers komen elkaar vroeg of laat tegen. Door gezamenlijke activiteiten groeit de afstemming vanzelf.” Kim noemt dit onomwonden: ‘Kempenkracht’. Kim: “Ik werk dan wel voor 7 gemeenten, maar laat me daartoe niet beperken. De Kempen zijn de Kempen, waardoor ik vaak een bredere bril opzet en dikwijls samenwerk met andere IGS’en (nvdr: Neteland en Merode). Die aanpak overlapt overigens met Avansa, want zij werken wel voor het hele arrondissement. Zo kunnen wij onze partnerschappen ook op het juiste niveau trekken.”Hoe zouden jullie de Kempen typeren?
Kim: “Het meest typerende is de kracht van het kwetsbare. De Kempen hebben zwakheden vaak omgebogen in opportuniteiten. Onze gronden zijn niet de rijkste, we kregen economische klappen (ontslagen bij Philips, Henrad…), qua mobiliteit zijn verbindingen niet ideaal, waar vroeger landloperskolonies waren zijn nu 4 gevangenissen… En toch hebben Kempenaren hieruit kracht geput. Denk maar hoe creatief wordt omgegaan met de opvang van psychisch kwetsbaren. Welke regio kan bogen op zo’n prachtig systeem van gezinsverpleging? We zijn een veerkrachtige regio. Er ligt een niet evident probleem en toch vinden we daar een oplossing voor.”
Viviane: “‘Samen aan iets werken’ is voor mij typisch Kempens. Verenigingen en Avansa vinden elkaar dikwijls om tot iets moois te komen. Deelnemers en vrijwilligers zijn altijd enthousiast. Het Kempens middenveld wil er samen iets van maken.”
Jan: “De focus ligt snel op vooruitgaan, en niet op weerstand. Het samenhorigheidsgevoel wint hier nog van het individualisme waardoor veel mogelijk wordt.”
Maak zo’n samenwerking eens concreet.
Kim: “Het Kempenoffensief was een straffe podcastreeks van Avansa. Een echt 1+1=3-verhaal. Avansa verzamelde de nodige partners die een ideetje hadden maar dit niet alleen van de grond kregen.” Jan: “Tegelijk voelde het als een warm voorbeeld, hoe partners Avansa hebben versterkt (glimlacht). De podcastidee was vrij nieuw. Een andere vorm van sociaal-cultureel werk buiten onze comfortzone. Die samenwerking heeft het tot iets heel krachtigs getild.”Zijn er nog voorbeelden?
Kim: “Het Stuifkracht-traject om verenigingen te versterken. Hiervoor werken we financieel en inhoudelijk met Avansa samen. Verenigingen uit onze gemeenten signaleren hun noden. Staat een vraag nog niet in ‘het menukaartje’ van Avansa, dan gaan we hierover in gesprek en maken we het vormingsaanbod samen."
Viviane: “Een voorbeeldje. Vrijwilligerswerk over generaties heen, is een nieuwe vorming omdat hier recent vraag naar was. Wat leuk is aan Stuifkracht is de afwisseling tussen puur inhoudelijke vormingen en praktische zaken. Zoals: ‘hoe kan ik een goei pint tappen?,’ of raamtekenen, of tips voor een mooie feesttafel. Het is tof samen te zoeken wat leeft binnen verenigingen. En zo het gevoel te geven dat iedereen welkom is.”
Hoe kijken jullie naar het verschil tussen jullie organisaties?
Jan: “Ik zie meerdere verschillen wat samenwerken niet in de weg staat. Avansa is een waardengedreven organisatie. Wij vertrekken vanuit een ideaalbeeld. Mobiliteit, ecologie, eenzaamheid, … heel diverse thema’s. Dat is een verschil met een IGS die alleen de focus cultuur heeft. We weten duidelijk waar we naartoe willen en kiezen voor langere processen om zo met burgers en organisaties iets concreet te veranderen. Wij komen met ons gedachtengoed een lokaal bestuur of IGS binnen en zij gebruiken aspecten van onze werking voor hun eigen doelstellingen. Dat is plezant en creëert een win-win.” Kim: “Stuifzand doet voor bovenlokale cultuur eigenlijk niets zelf rechtstreeks met de burger. Onze IGS werkt vanuit de 7 gemeenten. Wij doen enkel de regie. Nog een verschil: Avansa werkt veel meer op de lange termijn. Met duurzaam engagement als extra troef.”Blik op de toekomst. Wat zit mogelijk nog in de pijplijn?
Jan: “Vanaf 2027 moeten IGS’en meer inzetten op kansengroepen. Wij zijn op dat terrein al actief. Het is zo’n uitdaging…! Misschien gaan we elkaar op dat thema nog meer vinden en versterken? Want zoiets is snel in een decreet geschreven, maar in de praktijk een hele klus. Een stevige brok voor de toekomst dus.” Kim: “Klopt. Door het uitkleden van het participatiedecreet zijn netwerken vrijetijdsparticipatie aan het decreet bovenlokale cultuur toegevoegd terwijl deze ook sport, jeugd en senioren omvat. Dit is een veel ruimere blik dan een IGS bovenlokale cultuur eigenlijk kan dragen. Ik maak me best wel zorgen over die brede vrijetijdsparticipatiebril. Hebben we wel de juiste organisatiestructuur om dat te doen? Vandaag alleszins niet. De interactie tussen gemeentelijke diensten en bijvoorbeeld Welzijnsschakels blijven super waardevol. Die intensiviteit halen we niet op bovenlokaal niveau… We moeten als IGS zien dat we de sterktes van de gemeentelijke werking niet uitvlakken door het bovenlokaal te tillen. We moeten echt zoeken naar de meerwaarde op elk niveau: lokaal en bovenlokaal."Biedt het vernieuwde bovenlokale decreet ook kansen?
Kim: “Wij missen een vriendje in het Noorden. Wij zouden heel graag een IGS in de Noorderkempen hebben (lacht). Ik hoop dat zij gebruik gaan maken van het overgangsreglement om een project in te dienen als opstapje voor het eigenlijke beleidsplan. Verder heb ik vooral gemerkt dat de workload voor bovenlokale projecten heel groot is en de slaagkansen klein. Organisaties kloppen liever eerst aan bij ‘Leader’ of andere subsidiekanalen. Ook omdat de doorlooptijd (nvdr: van aanvraag over goedkeuring tot effectieve start van een project) heel lang is. >> (nvdr: Net hieraan wil de Vlaams overheid verhelpen. Lees hier meer over de optimalisatie.) Tot slot. Vertrouw die IGS’en en organisaties toch eens! Hoeveel administratie, vinkjes en excellekes zijn er wel niet nodig voor werkingssubsidies?!”Hoe kijken jullie richting nieuwe beleidsperiode? Voorbij de verkiezingen?
Jan: “Het kan niet anders dan dat bovenlokale samenwerking zal toenemen. Er zijn zoveel noden die waarschijnlijk alleen opgelost kunnen worden door schaalvergroting via intergemeentelijke samenwerking of andere. Op lokaal nivea, investeren we verder in onze netwerken met ambtenaren die over beleidsperiodes heen op post blijven. Een uitdaging voor Avansa op Vlaams niveau is hoe de volgende Minister van Cultuur kijkt naar autonomie van organisaties.” Kim: “Lokale verkiezingen betekent voor ons IGS een nieuw bestuur, al loopt het huidige beleidsplan nog even door tot 2026. De nieuwe bestuurders krijgen een inloopperiode. Daarna is de vraag hoe waardevol zij die culturele samenwerking blijven vinden?” Viviane: “Ik hoop dat de kritische stem van het middenveld in de toekomst mag en kan blijven. Verder is mijn droom dat De Federatie meer dan ooit blijft inzetten op het belang van het middenveld. Sommige gemeenten vragen zich af of een ondersteuning van het lokale verenigingsleven nog wel belangrijk is? Vrijetijdsmedewerkers zijn vaak bezig met het organiseren van allerlei activiteiten zodat er weinig tijd is voor de lokale verenigingen. Politici moeten inzien dat een hecht middenveld net in het belang is van henzelf, de ambtenaren en de inwoners. Samen naar beter. Daar gaan we voor.”Wat kan Avansa Kempen voor de regio betekenen? Hoe pikt Stuifzand in op de noden van gemeenten, haar verenigingen en amateurkunstenaars.
OP/TIL over de kracht en tools om intergemeentelijk samen te werken.