header handjes

Amateurkunsten: investeren in “booming business”

De amateurkunstensector staat voor “booming business”. Dat hoeft ook niet te verbazen, want het is dé cultuursector bij uitstek die impact heeft op vele terreinen. Naast het artistieke en de kracht van kunstbeoefening an sich, speelt de sociale dimensie een cruciale rol die rijkdom en kleur geeft aan de samenleving. Amateurkunstenaars zijn ook vaak de aanjagers van nieuwe creatieve ideeën. Ontelbare redenen voor een forse ondersteuning van deze unieke sector.  

De amateurkunstensector slaagde er de voorbije jaren in verder te professionaliseren, te verbreden en allianties aan te gaan over beleidsdomeinen heen. We moeten op dit élan kunnen verder werken: bestendigen, verdiepen en tegelijk ruimte blijven creëren voor vernieuwing en ontwikkeling.

2.000.000 Vlamingen, goed voor wekelijks 15,2 miljoen uren kunst

Onderzoek bevestigt dat ook: één op drie Vlamingen is in de vrije tijd actief bezig met kunsten, gemiddeld zelfs 7,6 uur per week. Dit is een gigantisch potentieel dat nog vele opportuniteiten biedt. En ze zijn opvallend jong (71% van de 14- tot 17-jarigen beoefent kunst), maar tegelijk te vinden in alle leeftijdsgroepen; ze zetten zich vaak in als vrijwilliger en hebben een groot sociaal vangnet; amateurkunstenaars zijn minder individualistisch en meer solidair dan de doorsnee bevolking.

Met stip op de kaart

De amateurkunstensector staat met stip op de kaart. De hoge participatiecijfers, een uitgebreide waaier aan ondersteuningsvormen en dienstverlening, aandacht voor kwaliteit, inbreng van expertise in samenwerkingsverbanden of overlegstructuren en de groeiende media-aandacht, zijn daar een tastbaar bewijs van. Het resultaat mag er zijn: van beloftevolle projecten en events tot kleine parels. Voor een breed publiek tot specifieke doelgroepen of in afstemming met aanverwante sectoren. Amateurkunsten zijn bruggenbouwers op basis van creativiteit: tussen mensen, tussen generaties en tussen sectoren.

Eén decreet dat zorgt voor straffe investeringen

De drang om verder te bouwen op deze fundamenten is groot. Het grote draagvlak in de samenleving verdient ook een minister die hier volop op inzet, die een blijvende, duurzame investering in de sector garandeert én hierop ook budgettair verder bouwt. 2021 is hiervoor een cruciaal jaar: dan worden de middelen van de sector voor de volgende jaren vastgelegd.  We schreven het al, de amateurkunstensector, met zijn negen landelijke organisaties, is uniek in zijn soort: we zijn niet enkel kunsten, niet enkel sociaal-cultureel werk. We werken voor individuen en groepen. Sommige amateurkunstenaars stromen door naar het professionele circuit, anderen zitten in de sociaal-artistieke sfeer, zetten in op het doorgeven van erfgoed, vertonen linken met het jeugdwerk of maken deel uit van een welzijnsbeleid… Tegelijk werkt de sector met beperkte budgetten, zéker in verhouding tot de 2 miljoen beoefenaars. We zijn ervan overtuigd dat deze unieke kracht binnen een afzonderlijk amateurkunstendecreet moet verzekerd blijven. Dat is de meest effectieve manier om onze eigenheid én ons DNA als bruggenbouwer te blijven verzilveren.

Vlaanderen prikkelt lokaal/bovenlokaal

De buurt, het dorp, de gemeenschap zijn kweekvijvers voor engagement en experiment. Een troef voor cultuurbeleving en cultuurwerking. Net deze nabijheid zorgt voor dynamiek, voor een brede onderlaag aan vrijwilligers en lokaal talent of kansen om eerst kleinschalig te experimenteren. Die ondersteuningsvraag (mensen, middelen, infrastructuur, dienstverlening, advies, communicatie & promotie, inspiratie…) is ook méér dan legitiem op bovenlokaal niveau. We vragen een Vlaamse overheid die offensief gemeentebesturen sensibiliseert voor meer en beter amateurkunstenbeleid. Ook het nieuwe decreet bovenlokale cultuurwerking moet kansen bieden om daadwerkelijk en expliciet de verdere ontwikkeling van deze dynamiek te ondersteunen.

Een innovatief verbond met Deeltijds Kunstonderwijs

Nog een sector waar de komende jaren grote veranderingen impact kunnen hebben, is het deeltijds kunstonderwijs. Academies stappen een nieuw tijdperk in met voor het eerst een volwaardig decreet. De afstemming met amateurkunsten maakt expliciet onderdeel uit van het wetgevend kader. De verbinding tussen deeltijds kunstonderwijs en amateurkunsten biedt enorme kansen, zowel voor de leerling als de samenleving. Het nieuwe decreet zet de deuren open: in de volgende legislatuur rekenen we op een offensief verbond tussen de ministers van cultuur en onderwijs om het pad verder te effenen.

Toegankelijke informatie voor élke kunstenaar

Informatie en documentatie ter beschikking stellen van amateurkunstenaars behoort tot de opdracht van amateurkunstenorganisaties. Spijtig genoeg kunnen zij deze opdracht niet ten volle vervullen omdat de federale wetgeving dit niet toelaat. Daarom dringt de amateurkunstensector nog steeds aan op een vrijstelling van vergoeding voor uitleningen voor de amateurkunstenorganisaties binnen het KB Leenrecht. Dergelijke vrijstelling is meer dan wenselijk omdat de documentatiecentra van de amateurkunstenorganisaties een culturele en educatieve opdracht hebben.

Talent verder ontwikkelen

Na het wegvallen van de cultuurrol van de provincies, maakten de amateurkunstenorganisaties, in nauw overleg met de Vlaamse overheid, werk van een Actieplan Talentontwikkeling. Wedstrijden en tornooien worden geheroriënteerd tot een ruimere waaier aan ondersteuning. Doorstroom van talent, waarderen en kansen geven, kunsteducatie als fundament, zuurstof voor kleinere gemeenten, blinde vlekken wegwerken, inspirerend en vernieuwend werken, de waarde van het sociale weefsel erkennen en het grote publiek betrekken blijven voor onze sector alvast de uitgangspunten. Dit jaar werd ook een eerste budgettaire basis voor de volgende jaren gelegd en engageerde de minister zich, na onze tussenkomst, voor een opstartbudget in 2019. De financiële uittekening is nog onvolkomen en onvoldragen. We pleiten expliciet voor een groeipad voor de volgende jaren (hier lees je er meer over).

Expliciete verankering in nieuw steunpunt

De sector stapte volop mee in de hervorming van de bovenbouw. Ze gaven hun Forum voor amateurkunsten op, ook omdat ze zich goed konden vinden in het vervolg: De Federatie fungeert sinds eind 2018 als hun sectorfederatie. En de organisaties spraken duidelijk met de overheid af dat het nieuwe steunpunt voor bovenlokale cultuur de expliciete ondersteuning van onze sector zou verankeren. Ook dit pact moet worden gehonoreerd: we vragen rechtstreekse betrokkenheid bij de werking van het steunpunt en een verankering van de amateurkunstencompetenties in de bestuursorganen ervan