
Ronde 2 van de bovenlokale cultuurprojecten: exact dezelfde pijnpunten als vorige keer
woensdag 8 april 2020
Dossier: Regionaal - (boven)lokaal
Circa 5 maanden geleden dienden 137 organisaties een ontvankelijk subsidiedossier in voor een bovenlokaal cultuurproject. Samen vroegen ze een bedrag van zo’n 11 miljoen euro, terwijl slechts 2 miljoen euro werd toegekend. Begin april keurde Minister-President Jan Jambon minder dan een vijfde van de aanvragen goed. Opnieuw oordeelde de adviescommissie streng, terwijl er deze keer wel budgettaire ruimte was…
In spanning uitgekeken naar dit moment
Ondanks covid-19 en bijhorende maatregelen, kon de beoordelingscommissie haar werk volledig volgens plan uitvoeren. Zo slaagde Minister-President Jambon erin de deadline van 15 april te halen. Onze zintuigen staan op scherp. ‘De eerste ronde’ leverde sociaal-culturele werkers en amateurkunstenaars namelijk een stevige kater op. Te moeilijk klonk het, zowel bij de vrijwilligers als op de banken van de commissie cultuur. Een snelle bijsturing in het voordeel van niet-professionele spelers werd zelfs niet uitgesloten. Maar daar is voorlopig dus weinig van te merken.Nieuwe feiten
Een snelle lezing van de goedgekeurde aanvragen, leert het volgende:- De geografische spreiding is vrij evenwichtig. Oost- en West-Vlaanderen zijn samen goed voor de helft van de positieve aanvragen (7+7). Antwerpen (5) en Vlaams-Brabant (4) volgen op de voet. Brussel kent 2 toekenningen, net als Limburg.
- Qua doorlooptijd van het project merken we een lichte verschuiving t.a.v. ronde 1. Deze keer stijgt het aandeel 3-jarige projecten van 17% naar 26%, terwijl 1-jarige projecten lichtjes in populariteit inboeten van 47% naar 41%.
- De hoogte van de toegekende bedragen dan. Het gros van de toezeggingen (85%) situeert zich tussen 7.000 en 150.000 euro. Hiermee lijken de aanvragers zelf een richtbedrag gevonden te hebben.

De toegekende bedragen. Sommige voor een project van 1 jaar, andere voor de duur van 2 of 3 jaar.
Projectoproep totaal niet toegankelijk
Opmerkelijk en ontgoochelend: geen enkel project kreeg minder dan 7.000 euro. Nog het meest frappant: waar in de lijst bevindt zich het sociaal-cultureel werk of de amateurkunsten? Hier vind je de geselecteerde projecten. We zien vooral ‘gevestigde’ waarden. Hebben zij deze extra projectmiddelen hard nodig? Dezelfde pijnpunten als vorige keer komen weer boven drijven. Allez Chantez (samenzang) en Zinnema (VCA) situeren zich in de hoek van de kunstbeoefening. En we weten dat Vormingplus (i.s.m. stad Damme/Brugge) en bijvoorbeeld ook de Zuid-kempische Kunst- en Kultuurkring (echt een club vrijwilligers) een stevige duw in de rug krijgen. Maar dik zijn ze niet gezaaid, de nieuwsoortige, bottom-up initiatieven…Bij de goedkeuringen 9x amateurkunsten (=20%) en 6x sociaal-cultureel (=14%).
Wie tot welke sector behoort is een pijnpunt in de registratie. Indieners kunnen meerdere sectoren aankruisen. Bovendien zijn bovenvermelde percentages AK of SCW niet altijd 'hoofdindieners'.
Kreeg jouw aanvraag een negatief advies? Laat het ons dan weten, want ook uit niet-goedgekeurde projecten valt heel wat te leren. De Federatie stuurt namelijk aan op een snelle evaluatie van dit decreet.
Marius Meremans neemt het op voor kleine spelers
Vlaams Parlementslid Marius Meremans (N-VA) maakt ook gewag van een hiaat in de regelgeving. In een recente persmededeling pleitte de politicus ervoor om dit decreet alle groeikansen te geven. “Je ziet dat bij de uitrol van dit decreet een deel van het landschap moeilijker wordt bereikt. Het zijn vooral ‘kleinere spelers’, vaak niet-professionele organisaties die vooral werken met vrijwilligers, die heel goede projecten hebben, maar moeilijk de normen van het decreet halen. De toevoeging van een lichtere subsidielijn voor kleinere spelers moeten we sterk onderzoeken.”

Meremans pleit voor een ‘light-versie’ van het decreet. Met lichtere procedures en beperkte subsidiebedragen zodat ook kleinere projecten een kans krijgen.