header handjes

Ontwerpdecreet sociaal-cultureel werk: schouderklop of ezelsstamp?

Dossier: Decreet Sociaal-Cultureel Volwassenenwerk

Vier commissievergaderingen op rij werkten parlementsleden met het ontwerpdecreet sociaal-cultureel volwassenenwerk. Van "schaf de sector af" tot "blij met de continuïteit" en alle variaties daartussen kwamen aan bod in de tussenkomsten. De Cultuurcommissie keurde het ontwerpdecreet meerderheid tegen oppositie goed. Zonder wezenlijke aanpassingen.

Nadat het steunpunt Socius, de adviesraad SARC en De Federatie tijdens een hoorzitting in de cultuurcommissie van het Vlaams parlement unisono aangaven dat het ontwerpdecreet sociaal-cultureel volwassenenwerk op deze manier niet goedgekeurd kon worden, gingen de parlementsleden er de twee volgende commissievergaderingen zelf mee aan de slag.

Decreet gewoon afschaffen?

Filip Brusselmans (Vlaams Belang) beet tijdens de algemene bespreking (26 januari) de spits af met een merkwaardige lezing van de sector, die hij onderverdeelde in drie “hokjes”: “welzijnsorganisaties, migrantenorganisaties en linkse, activistische clubjes”. Bij velen onder hen vloekt de werking met wat het doel van het decreet zou moeten zijn, aldus Brusselmans: volksverheffing via culturele ontplooiing. Zijn conclusie? Schaf het decreet volledig af en hevel de middelen over naar welzijn zodat enkele organisaties daar hun “goede werk kunnen verderzetten”. De minister-president toonde later dat hij het fundamenteel oneens is met deze benadering. Hij benadrukte de kracht van sociaal-cultureel werk in zijn breed perspectief en noemde het een “zeer gevaarlijke benadering” dat ministers autonoom zouden beslissen welke organisaties al dan niet in hun kraam zouden passen.

Civiel perspectief fundamenteel

Wat die autonome politieke ruimte betreft, gaf ook De Federatie eerder aan dat het ontwerpdecreet niet consistent en consequent is. Een minimale ingreep zou dan ook moeten zijn dat àlle organisaties die positief beoordeeld worden, al dan niet met aanbevelingen, een decretale garantie moeten hebben dat hun subsidies niet met meer dan 25 procent kunnen zakken. Voor wie goed werkt en degelijke ambities heeft, zijn er geen goede redenen te verzinnen om er als overheid met de hakbijl in te gaan. Op die manier bescherm je ook het fundament van het civiel perspectief, een uitgangspunt dat-op Vlaams Belang na- elke fractie bevestigd heeft. Op dit moment is deze subsidiegarantie enkel ingeschreven voor zogenaamd excellerende organisaties: zij die op hun werking en hun beleidsplan geen enkele opmerking hebben gekregen. Dit moet, aldus De Federatie, dus worden verruimd.

Passage in regeerakkoord "minder essentieel"

20191026 Challenge Orry Van De Wauwer Web Low 3
Orry Van de Wauwer (CD&V) steunde de vraag van de sector en riep op om hier (via het uitvoeringsbesluit) verder werk van te maken. Minister Jambon bevestigde dat het decreet deze mogelijkheid voorziet en verwees naar verdere besprekingen in de schoot van de regering.
In het algemeen steunde CD&V de “aanpassingen die de sector ten goede komen”, maar voor deze fractie zijn de aanpassingen die uit het regeerakkoord voortvloeien “minder essentieel”. “Wij geloven immers ten volle in de maatschappelijke kracht van het sociaal-cultureel werk in Vlaanderen, een sector die mensen emancipeert en verbindt”, zegde Van de Wauwer. En ook: “Aangezien er zoals de minister zelf heeft toegegeven tot nu toe nog bij geen enkele organisatie werd vastgesteld dat ze zich terugplooit op de eigen etnisch-culturele groep of segregerend/niet-inclusief werkt, gaat onze fractie er van uit dat deze subsidievoorwaarde in de feiten geen verschil zal maken voor de organisaties. En dus begrijpen we dat in de hoorzitting vorige week de vraag werd gesteld om deze bepaling te schrappen.”

Alle toetsen doorstaan

In het tweede deel van de bespreking zou Karin Brouwers (CD&V) verder nog geruime tijd de vage definities en de technische onduidelijkheden/fouten op tafel leggen. Voor de voornaamste fouten lagen intussen ook amendementen vanuit de meerderheid klaar. Broddelwerk”, zo noemde Katia Segers (Vooruit) het decreet. Zij sloot zich aan bij de kritieken vanuit de sector en diende, net zoals Groen, amendementen in om de passages rond segregatie en de politieke autonomie fundamenteel aan te passen.
Wascabi 2021 Web Low 42

De parlementsleden Segers, D'Hose en Van de Wauwer gingen hierover ook in debat tijdens Wascabi 2021

Onno Vandewalle (Pvda) gaf ook aan dat het decreet de deur openzet voor politieke willekeur en vooral uitgaat van veel wantrouwen ten opzichte van de sector en met name die organisaties die werken met mensen met een andere etnisch-culturele afkomst. Stephanie D’Hose (Open VLD) bleef veeleer op de vlakte tijdens de besprekingen. Goed dat de weeffouten eruit zijn, want dit was ook op vraag van de sector, zo vond ze. Wat de passage over segregatie betreft, stelde ze vast dat deze de toets door de Raad van State heeft doorstaan en dat de organisaties ook de toets al hebben doorstaan op basis van het huidige decreet. Goed ook, meende ze, dat het civiel perspectief “volop wordt behouden” en dat het primaat van de politiek uiteindelijk toch wat is bijgestuurd in dit ontwerpdecreet.

Een uitgestoken hand

Marius Meremans (N-VA) begrijpt de commotie niet. Hij vond het ook jammer dat het regeerakkoord niet volledig wordt geciteerd in deze discussie: het geeft ook een positieve appreciatie over deze sector. Dit ontwerpdecreet is vooral continuering, meende hij, maar er zijn ook wat verbeteringen én aandachtspunten ingebracht. Wat politieke willekeur betreft, is hij er nogal gerust in. Net zoals de minister-president argumenteerde hij dat regeringsbeslissingen altijd zorgvuldig moeten worden gemotiveerd.
Marius Meremans3

Meremans ziet vooral continuïteit

Wat de passus over segregatie betreft, beklemtoonde hij dat het belangrijk is om bruggen te slaan en om dit in het decreet op te nemen: “Dit decreet is een uitgestoken hand: het is belangrijk dat jullie er zijn, maar neem die brugfunctie op”. Hij ging niet echt in op de vaststelling dat geen enkele organisatie vandaag die brugfunctie niet zou opnemen. “Dit is geen negatieve formulering”, vond ook minister Jambon, “maar genuanceerd: we zeggen wat we willen (nvdr: de brugfunctie) en wat we niet willen (nvdr: segererend werken door louter terug te plooien op etnisch-culturele afkomst)”.

Lasagne

“Als er geen probleem is, waarom moeten we dan een oplossing creëren”, vroeg Meryem Almaci zich af: “Deze stemmingmakerij staat haaks op wat de brugfiguren doen, dat raakt hen”. Dit ontwerpdecreet miskent de veel-gelaagdheid van mensen (“identiteit is lasagne”), zo betoogde de commissievoorzitter. Bovendien getuigen de passages allesbehalve van goed bestuur: geen of gebrekkige definiëringen, geen afdoende criteria om te toetsen,… Wat dit laatste betreft, polste ook Karin Brouwers bij de minister-president op basis van welke criteria zal moeten worden getoetst of organisaties al dan niet segregerend werken door louter terug te plooien op etnisch-culturele afkomst.
Jan Jambon verwees naar de memorie van toelichting en naar “verdere concretiseringen in draaiboeken”. En op de opmerking dat hijzelf op een parlementaire vraag antwoordde dat bij de recentste beoordelingsronde "bij geen enkele organisatie werd vastgesteld dat er louter werd teruggeplooid op de eigen etnische groep en/of segregerend/niet-inclusief te werk werd gegaan”, meende hij dat dat was omdat er ook geen evaluatiekader voor was: “gouverner, c’est prévoir”.
Na afloop van de besprekingen en artikelsgewijze stemmingen, vroegen Groen en Vooruit een tweede lezing van het ontwerpdecreet, omdat zij vonden dat de vele amendementen aantoonden dat er nog te veel onduidelijkheden waren. Beide fracties verantwoordden tijdens de volgende commissievergadering dan ook opnieuw hun amendementen op de artikels over segregatie, de autonome politieke ruimte en het indexeren van de minimale subsidies voor de kleine organisaties die “extra kwetsbaar zijn” (Segers).

Laakbare politieke techniek

Wat de subsidievoorwaarde over segregatie betreft, toonden volgens beide fracties de solidariteitsgolf naar aanleiding van de aardbevingen in Turkije en Syrië de brugfunctie van de organisaties aan: “dit is geen schouderklop aan de vele vrijwilligers en organisaties, maar een ezelsstamp”, zegde Meryem Almaci. Zij voegde ook nog toe dat zij zich niet van de indruk kan ontdoen dat deze subsidievoorwaarde bewust vaag is gehouden om interpretaties van bijvoorbeeld de Raad van State moeilijker te maken, wat zij een laakbare politieke techniek noemde. Voor de Vooruit-fractie bewijst de hoorzitting voldoende dat deze bepaling “symbolisch, overbodig en stigmatiserend” is, aldus Katia Segers. De amendementen van beide fracties werden weggestemd. Het ontwerpdecreet werd meerderheid tegen oppositie goedgekeurd. Opvallend was wel dat Orry Van de Wauwer niet voor het artikel over segregatie stemde, maar zich onthield. Binnen enkele weken buigt de plenaire vergadering er zich over.